De verdieping en voltooiing van de Europese interne markt moet dringend de absolute topprioriteit worden in de Europese besluitvorming. Het is de conclusie van het deze week gepubliceerde rapport van de vroegere Italiaanse premier Enrico Letta. Hopelijk kan dat alle Europese staatshoofden en regeringsleiders overtuigen, want dat is cruciaal voor onze welvaart.
Tegelijk staat er een gigantische olifant in de Europese kamer: Europese politici en ook Letta formuleren gretig torenhoge ambities, maar blinken uit in vaagheid over de financiering ervan. Als we willen vermijden dat burgers en bedrijven nóg zwaarder belast worden, zullen er keuzes gemaakt moeten worden. Europese belastingen zijn wat ons betreft uit den boze.
Groei
De Europese interne markt heeft, zeker voor een open economie als de Vlaamse, massief veel welvaart opgeleverd. Deze markt heeft in de afgelopen decennia gezorgd voor 56 miljoen banen, en 9 procent groei. Een voltooiing van die markt, met focus op energie, kapitaal, transport en de digitale sector zou nog eens 12 procent extra groei kunnen opleveren. Dat is dé grote sterkte van de EU: ze heeft vrede en veel welvaart gebracht. Dat moet zo blijven.
Letta wijst erop dat de groene en digitale transitie, de uitbreiding van de EU en het versterken van onze defensiecapaciteit voor grote kosten zal zorgen, en dat dit de vraag oproept hoe die gefinancierd zullen worden. De ambities zijn immers torenhoog, net als de solidariteit die van de belastingbetalers dreigt te worden gevraagd.
Solidariteit
Die solidariteit is nu al zeer groot. We ondersteunen via de Europese begroting landen uit Centraal- en Oost-Europa. Idem met de landen rond de Middellandse Zee. Hetzelfde is nog eens gebeurd met het Europese Herstelfonds van 750 miljard euro dat in grote mate naar Italië, Spanje en Polen gevloeid is. Voor Vlaanderen komt die Europese solidariteit bovenop de Vlaams-Waalse transfers die de Vlamingen elk jaar 6,5 miljard euro kosten.
Het lijstje van wat wordt verwacht is indrukwekkend:
- Er wordt gevraagd om solidair te zijn met Oekraïne. Vanuit humanitair en geopolitiek oogpunt geheel terecht, maar het kostenplaatje is vooralsnog onbekend.
- Tegelijk wordt gestreefd naar een uitbreiding van de EU, met o.a. Oekraïne en landen uit de westelijke Balkan. Weer geostrategisch belangrijk, maar ook dat gaat heel veel geld kosten.
- Tegelijk beseft eindelijk iedereen dat we veel meer dan vroeger moeten investeren in defensie en veiligheid. Efficiëntiewinsten zijn daar door samenwerking beslist mogelijk, maar dit zal landen zoals België, die te weinig in defensie investeren, verplichten tot veel grotere budgettaire inspanningen.
- Tegelijk wordt gevraagd dat we onze Europese industrie meer ondersteunen bij de gigantische investeringen voor de klimaattransitie.
- Tegelijk wil men bij diezelfde klimaat- en energietransitie ook een sociaal klimaatfonds creëren om de extra kosten voor de laagste inkomens te helpen opvangen.
Voor al die ambities zijn er goede argumenten (soms ook tegenargumenten), maar het is volstrekt onduidelijk wie dat allemaal gaat betalen. Finaal dreigt de belastingbetaler de dupe te worden: ook op het Schumanplein staat geen ezeltje dat goudstukken produceert. En nieuwe Europese schulden en Europese belastingen zijn wat ons betreft uit den boze.
Drastische verschuiving
Veel lidstaten hebben het budgettair nu al enorm moeilijk, en de belastingdruk op bedrijven en burgers is in de meeste Europese landen al bijzonder hoog. Er zullen dus keuzes gemaakt moeten worden en dat vergt een eerlijk debat dat die olifant in de Europese kamer niet uit de weg gaat. We zullen én de taart groter moeten maken, én verschuivingen doorvoeren in hoe die taart precies verdeeld wordt.
De voltooiing van de interne markt is cruciaal om die Europese taart groter te maken. Maar ook wereldwijde internationale handel kan die taart groter maken. Dat veronderstelt nieuwe handelsakkoorden. Net het gebrek aan nieuwe handelsakkoorden heeft in de afgelopen jaren de EU kwetsbaar gemaakt tegenover China bijvoorbeeld.
Daarnaast is een drastische verschuiving in de Europese begroting een absolute must. De focus moet liggen op onderzoek en ontwikkeling, innovatieve investeringen en de broodnodige grensoverschrijdende infrastructuur om de verdieping van de interne markt te realiseren.
Om de uitdagingen van de 21ste eeuw aan te pakken hebben we nood aan een begroting van de 21ste eeuw.