We leerden vorig jaar massaal facetimen en zoomen, shopten nog nooit zo veel online en schuimden het internet af naar allerhande informatie. Het internet deed in zekere zin een stilstaande wereld voort draaien. Elke medaille heeft echter haar keerzijde: desinformatie, fake news, illegale en schadelijke inhoud, producten en diensten... De internetgebruiker blijkt weinig beschermd, geïnformeerd of bewust.

Het beste antwoord is kritisch burgerschap, woord en wederwoord, het tolerant respecteren van afwijkende meningen. Zelfs als die respectloos of beledigend zijn. De uitingsvrijheid is een grondrecht in de Europese Unie. In België geldt grondwettelijk een verbod op censuur en oordeelt de volksjury over opiniedelicten. Beperkingen op de uitingsvrijheid moeten beperkt zijn en bij wet opgelegd worden (strafbare uitingen zijn bijvoorbeeld het aanzetten tot haat, geweld, laster en eerroof). Uiteraard is er ook de burgerrechtelijke aansprakelijkheid.

De Europese Commissie deed eind vorig jaar een voorstel voor een digitale dienstenwet. Die wil onder meer duidelijker vastleggen hoe internetplatformen illegale inhoud moeten verwijderen, welke rol gebruikers kunnen spelen en wanneer internetplatformen aansprakelijk zijn. De Commissie bewaakt daarbij onvoldoende de vrijheid van meningsuiting, een van de grootste - zo niet de grootste - verworvenheden van de verlichting.

Illegaal of controversieel?

De Commissie wil gebruikers de mogelijkheid geven illegale inhoud bij de platformen te melden. Concreet: een platform is in eerste instantie niet aansprakelijk voor de inhoud die gebruikers aanleveren, maar dat verandert als een gebruiker meldt dat een bepaalde inhoud (mogelijk) illegaal is. Dan is het platform wel aansprakelijk en zal het waarschijnlijk het zekere voor het onzekere nemen en de content verwijderen. Wie niet aansprakelijk wil worden gesteld, zal moeten verwijderen.

Of: hoe meer het platform verwijdert, hoe minder risico op aansprakelijkheid. Dat creëert grote gevaren voor de vrijheid van meningsuiting. Te vrezen valt dat een voorzichtig platform naast echte illegale content ook komaf maakt met controversiële uitspraken.

Censuur

Het risico op het overmatig verwijderen - censureren - van berichten mag in een rechtsstaat niet licht worden genomen. Zonder een vrij politiek debat kan een democratie niet zijn. Beeld u in dat een politieke meerderheid ‘omstreden’ berichten van de oppositie meldt als ‘illegaal’, in de hoop dat een platform die verwijdert uit vrees voor zijn aansprakelijkheid. Er mogen dan klachten- en geschillenbeslechtingsmechanismes zijn, die berichten gaan eerst offline en kunnen pas terugkomen na een procedure die tijd en middelen vraagt, en waar burgers allicht geen beginnen aan zien.

Het voorstel legt een grote macht bij private spelers (de internetplatformen) om te oordelen over (il)legaliteit. Die beoordeling is allerminst zwart-wit. Wat is bijvoorbeeld illegale ‘haatspraak’? De uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens bewijzen dat dat vaak niet eenduidig is. En wat met satire of spotprenten? De EU-lidstaten hebben bovendien verschillende visies op illegaliteit. Binnen de rechterlijke muren vinden daarover zware discussies plaats. Discussies die moeilijk in te beelden zijn binnen de muren van bijvoorbeeld Facebook, dat zich over enorme hoeveelheden materiaal zal moeten buigen.

Algoritme

De hoeveelheid online meningen is niet te overzien. Platformen zullen allicht met algoritmes aan de slag gaan om meldingen van gebruikers automatisch te behandelen. Algoritmes komen tot bevindingen omdat ze getraind zijn met gegevens, maar die zijn niet noodzakelijk vrij van vooringenomenheid of discriminatie. Denk aan het algoritme dat Amazon gebruikte in zijn aanwervingsprocedure en dat seksistisch bleek - het was getraind met de aanwervingsgegevens van het bedrijf zelf. Hoe een algoritme werkt en welke data werden gebruikt om aan te leren wat illegaal is, is cruciaal. Fundamenteel rijst de vraag of we een algoritme laten beslissen over de grenzen aan de vrijheid van meningsuiting.    

Illegale online inhoud is een lastige kwaal die een genuanceerde remedie vraagt. Elke remedie vraagt echter een voorzichtige analyse van haar bijwerkingen. Die lijkt niet af. Het is onaanvaardbaar dat een beperking van de vrijheid van meningsuiting op de bijsluiter komt.

Een precieuze afweging en veel bijkomend overleg met diverse specialisten en betrokkenen is nodig. Met beperkingen op de uitingsvrijheid, zeker als we die aan private spelers overlaten, moeten we uiterst omzichtig omgaan. Ze moeten strikt noodzakelijk en proportioneel zijn.